"Nee hoor, hier gaan we niet wonen." Ik herinner me nog dat mooie, ruime vierkamerappartement op de derde etage. We namen hem niet, want we hadden katten. Katten die gewend waren naar buiten te gaan. Enkele maanden laten kwam er een ander appartement voorbij. Eentje op de begane grond, althans: op een halve etage hoog. De voordeur grensde aan de binnentuin. Ideaal voor katten. We namen het. Tijdens het tekenen van het huurcontract viel mijn oog op de volgende zin: U mag geen huisdieren op de gemeenschappelijke binnenplaats loslaten. Ik twijfelde. Maar tekende.
Inmiddels wonen we hier ruim drie maanden. Hoewel Boris het best goed doet, gedraagt hij zich sinds een week of twee behoorlijk neurotisch. Hij wil zes keer per uur uit de wastafel drinken, begint te schooien om sinaasappelstukjes en miauwt soms een half uur aan een stuk door.
"Misschien moet je hem eens naar buiten laten," opperde een van mijn verzorgers laatst, "dan wordt hij vast veel gelukkiger." Mijn geweten speelde op als Boris weer eens klagelijk miauwde. Hij had het altijd fijn gevonden om naar buiten te gaan; misschien werd het inderdaad weer eens tijd om hem wat avontuur te gunnen.
De voordeur is geen optie. Onze fantastische, groene en veilige binnentuin grenst namelijk aan een woongroep voor meervoudig gehandicapten, waar de deuren altijd openstaan. Stel dat ‘ie daar naar binnen loopt en wordt vergiftigd. Of dat ‘ie door een buurkat wordt geterroriseerd en wij hem niet horen als hij naar binnen wil. En een kattenluik is geen optie aan een binnentuin waar je geen dieren mag loslaten.
En dus werd het het balkon. Doordat ons huis een halve etage hoger is dan het straatniveau, moest Boris een flinke sprong wagen om er vanaf te komen. Zonder enig spoor van angst deed hij het: hij sprong over de rand, rolde zich eens lekker door het zand en ging er vandoor. Wij er achteraan. Roepen. Lokken. Hem meenemen naar huis en voordoen hoe hij het balkon weer op moest. We hebben zelfs een opstap voor hem gebouwd, zodat hij de hoge sprong in twee keer kan nemen.
Het mocht niet baten: Boris springt wel lustig het balkon af, maar erop lukt hem niet. Staat hij ervoor, dan begint hij te miauwen en helpt Melle hem erover heen.
Ik zal het niet ontkennen: we zijn overbezorgd. En nu gaat het nog maar om een kat… Gelukkig hebben we nog even de tijd om te oefenen voor het echte loslaten begint!
Hahahaha, onze kat (heet Boris) heeft enigzins aan aandacht moeten inleveren na de komst van Lies en kreeg er, na inmiddels 2.5 jaar, een overbezorgde peuter voor terug (heb niet altijd de indruk dat onze Boris het kan waarderen….).