Kak-Marokkaan

Lisa is gek op haar vriend. Ze hebben al veertien jaar een relatie en wonen samen. Haar vriend, Firad, is een Marokkaan.  Hij mijdt varkensvlees, maar aan andere stereotypen voldoet hij niet. “Hij is geen standaard-Marokkaan hoor,” vertelt Lisa. Firad blijkt advocaat te zijn en golf te spelen. “Een van onze vrienden noemt hem wel eens een kak-Marokkaan,” zegt ze lachend.

Lisa is een krachtige beeldvormer. Ze laat met haar verhaal zien dat Marokkanen niet altijd op straat rondhangen, laagopgeleid zijn en vijftienjarige bruiden uit Marokko laten overkomen, die ze vervolgens in huis opsluiten of alleen met een hoofddoek over straat laten gaan. Helaas is dit bij veel mensen het eerste beeld dat opdoemt als het over Marokkanen gaat. Ik snap dus heel goed dat Lisa dit stereotiepe beeld wil doorbreken. Háár vent is niet zo. Hij is geëmancipeerd, hoogopgeleid; eigenlijk is hij gewoon Mister Right.

Hokjesdenken ondermijnt persoonlijke kracht en individualiteit, zeker als er negatieve connotaties aan een hokje plakken. Daarom plaatsen we onszelf graag buiten dit soort hokjes. Zo heb ik ook jarenlang geroepen dat ik geen ‘standaard-gehandicapte’ ben, en voelde ik mij vereerd als iemand mij ‘anders’ vond.

Maar eigenlijk wordt het tijd dat we er helemaal mee stoppen. Weg met de hokjes! Dan ben ik gewoon een carrièretijger in een rolstoel en dan is Firad een golfende advocaat, die toevallig Marokkaan is.

Geef een reactie

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *