Schuilen – Kopenhagen VI

Om ons heen geroezemoezel. Een enkeling zit alleen een biertje te drinken aan de bar, maar voor de rest zijn er vooral grote groepen jongens en meisjes. Ik voel me een beetje alsof ik weer door de gangen rijd van Lek en Linge, de middelbare school waar ik werkte. Het enige verschil is dat deze jongeren allemaal op reis zijn. Ik zit in de kantine van het hostel in Kopenhagen.

Wat doe je op klaarlichte dag in een jeugdherberg? Schuilen. Nestelen. Het regent buiten. En het waait, ik gok windkracht 8. Bij het wakker worden stelde een blik uit het raam ons al een grijze, natte dag in het vooruitzicht. Na het ontbijt zijn we dus nog maar even in bed gekropen. En net, om een uur of vier, wilden we toch de sprong wagen. Gehuld in verwarmende sokken, drie lagen truien, jassen, een muts en een regencape, verlieten we het gebouw. Binnen vier seconden vloog de regencape de lucht in – de wind was eronder geraakt. Als het aankomt op kou en nattigheid ben ik een watje; er zat dus niet veel beters op dan terug het hostel in te gaan.

Als we nu maar vier dagen zouden hebben gehad in Kopenhagen hadden we ons niet laten leiden door een beetje regen en wind, maar doordat we – overigens zonder resultaat – al te veel tijd en energie hebben verloren aan het regelen van instaphulp voor de trein naar Stockholm, hebben we besloten dat Kopenhagen absoluut de moeite waard is om elf dagen te verblijven. Zo komen we niet alleen toe aan de strikt noodzakelijke toeristische bezienswaardigheden, maar ook aan bijkomen van alle indrukken. En aan schrijven; ik ben zelden zo productief geweest.

Ik zie dat de zon op het punt staat weer door te breken, en dat om vijf voor vijf. Het is nooit te laat om erop uit te trekken; we gaan een hapje eten en dan eens kijken hoe het eraan toe gaat in het Kopenhaagse nachtleven.

Geef een antwoord

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *