We rijden het parkeerterrein bij de Ahoy op. Het is wel druk, maar bijna alle invalideparkeerplekken zijn nog vrij. Als we richting ingang lopen, zien we een blauw Volkswagenbusje met een groep mensen eromheen. Eén voor een poseren ze bij het busje en laten ze een foto maken. We gaan naar een concert van Yusuf Islam, beter bekend als Cat Stevens.
Eenmaal binnen waan ik me in de seventies, maar dan met een publiek dat toen jong was. Ik neem plaats op het rolstoelplatform en zie stelletjes van ver in de vijftig innig verstrengeld voorbij lopen. Meestal geblondeerd, gekapt en opgedirkt, maar soms ook met vlechten in het haar of op sandalen. Er zijn weinig mensen van onze leeftijd en het publiek is opmerkelijk wit. Slechts één of twee hoofddoeken vallen op in de grijze massa.
Als het zaallicht dempt, komt een gehoofddoekte vrouw naar het rolstoelplatform, vergezeld door een jonge man. Melle kijkt me aan en wil nét iets tegen me zeggen als de vrouw voor het platform blijft staan, me aankijkt en haar hand naar me uitreikt. Ik aarzel. Is dit weer zo iemand die me wil bekeren of zegenen? Ik denk aan de non in Avignon die me een Maria-medaillon gaf en aan de drugsverslaafde in Hoog-Catharijne die er tot twee keer toe in slaagde zijn duim op mijn voorhoofd te leggen terwijl hij Sta op en wandel! riep.
Toch strek ik mijn arm naar haar uit. Ze schudt mijn hand en zegt: “I’m Yussuf’s wife.” Dan stapt ze soepel het rolstoelplatform op – een vleug van rozenwater, kruidnagel en kardemom achter zich latend.
“Ik dacht al, wat lijkt die jongen veel op Yussuf. Dat is zijn zoon,” zegt Melle opgetogen. Ik ruik aan mijn hand: rozenwater, kruidnagel, kardemom. Eén handdruk van Yusuf verwijderd.
Het concert is adembenemend. Omdat ik zijn liedjes eigenlijk niet echt ken, is het voor mij makkelijk om me onbevooroordeeld te laten meevoeren door Yusufs gitaarspel en vooral door zijn stem. Sommigen noemen die zoetgevooisd, ik zou hem goddelijk noemen – er hangt een lichtheid om hem heen die je recht in het hart raakt.
Het publiek is echter niet snel tevreden. Hoewel niemand het hardop zegt, hoopt iedereen dat Yusuf zoveel mogelijk oude hits zingt en dat hij de kostbare tijd niet verdoet met nieuwe liedjes. Laat Yusuf maar gewoon Cat zijn, voel je in de zaal als men roept om Sad Lisa of Wild world. Dat is wonderlijk, want feitelijk is er niet veel veranderd; zijn nieuwe liedjes hebben precies dezelfde feel en sound als de grote hits.
Yusuf geeft een toegift van twee liedjes, waarvan één onbekend. Wij weten dat hij na deze toegift niet meer zal terugkeren op het podium, hoe hard het publiek ook klapt, fluit en juicht. De vrouw met de hoofddoek staat op, neemt haar zoon aan haar zijde en stapt het rolstoelplatform af. Ze verdwijnt in de menigte. Alleen haar geur doet herinneren aan haar aanwezigheid. Rozenwater, kardemom en kruidnagel.
Meer weten over de reis van Cat Stevens naar Yusuf Islam? Lees het artikel op Nu.nl. Ook de moeite waard: www.yusufislam.com.