"Nee, mama, niet gooien!"

Geen bezoek aan de Veluwe zonder een dagje Kröller-Müller. Als we rond elven bij het museum aankomen, blijkt het uitzonderlijk rustig; misschien ligt het aan het tijdstip, of aan het natte weer, of misschien gaan mensen met oudjaar nu eenmaal niet naar musea. We besluiten van de gelegenheid gebruik te maken en duiken gelijk de museumwinkel even in. Dan hebben we dat maar vast gehad.

Op ons gemak kijken we rond. Even letten we niet op, en Jonne loopt naar de ansichtkaarten, om vervolgens een grote stapel Van Gogh-kaarten uit het rek te pakken. Ze komt ermee naar me toe en reikt haar hand naar me uit. “Aa-iiee,”* roept ze, om duidelijk te maken dat het de bedoeling is dat ik de kaarten aanpak. Ik probeer ze nog te redden, maar mijn poging mislukt: ongeveer vijftig zonnebloemen vallen als een krans om ons heen. “Nee, mama, niet gooien!” roept Jonne verontwaardigd.

Dit was haar eerste vierwoordenzin. Ik zal hem nooit vergeten.

 

 

* ‘Aa-iiee’ betekent ‘alsjeblieft’.